Kleinverbruik
Voor gasmeters en kWh-meters bij kleinverbruikers gelden wettelijke eisen die staan in de Metrologiewet. De eisen hebben zowel betrekking op de fase van ingebruikname van de meter als later tijdens het gebruik. Voor beide fasen is Rijksdienst Digitale Infrastructuur door de Minister van Economische Zaken aangewezen als toezichthouder. De eisen bij ingebruikname zijn binnen de hele Europese Unie hetzelfde en staan in de Richtlijn Meetinstrumenten (MID). Als blijkt dat in Nederland meters in gebruik worden genomen die niet aan deze eisen voldoen dan kunnen deze meters worden afgekeurd en indien nodig, als ultieme maatregel, van de markt worden gehaald.
Voor kleinverbruik beheert Netbeheer Nederland systemen voor kwaliteitsbewaking.
Grootverbruik
Voor meters bij grootverbruikers en voor warmtemeters is geen geregelde meettaak in de Metrologiewet opgenomen. Daardoor behoeven deze meters niet op grond van de Metrologiewet toegelaten te zijn. Worden niettemin meters toegepast die wel zijn voorzien van de metrologische markeringen volgens de richtlijn meetinstrumenten dan dienen deze meters bij ingebruikname aan alle eisen van de richtlijn te voldoen. Is dat niet het geval dan kunnen deze meters worden afgekeurd en van de markt gehaald.
Ook voor grootverbruik geldt het bepaalde over het deelnemen aan een systeem voor de beoordeling van in gebruikzijnde meters, zoals hierboven aangegeven. Toezichthouders beoordelen of het “systeem” naar behoren wordt uitgevoerd.
Voor grootverbruik beheert VMNED systemen voor grote Gasmeters en voor EVHI’s.
Warmte
Warmtemeters moeten vanaf 1 januari 2015 volgens de wet periodiek worden geijkt. Dat gebeurt via steekproeven die worden gecoördineerd vanuit VMNED. Binnen VMNED voegen de leden hun verzamelingen warmtemeters samen tot populaties. De warmtemeters in deze populaties worden volgens een reglement periodiek en steekproefsgewijs gecontroleerd. Zijn er te veel afwijkingen? Dan worden alle meters van dit type en bouwjaar vervangen. Het controleren gebeurt veelal via een mobiele installatie, zodat de warmtelevering bij de klant maar kort (circa 1 uur) hoeft te worden onderbroken. Hoewel nu dus verplicht, functioneert dit systeem al jaren op vrijwillige basis.
Rol van de Toezichthouder
Rijksdienst Digitale Infrastructuur is ook de instantie die de systemen voor een systematische (steekproefsgewijze) controle van meters beoordeelt. Dit gebeurd in de zogeheten meterpools. Na goedkeuring houdt Rijksdienst Digitale Infrastructuur via het periodiek meterpooloverleg, een vinger aan de pols bij de uitvoering van de controles. Rijksdienst Digitale Infrastructuur hecht haar oordeel aan het voorgenomen poolbesluit, dat wordt bekrachtigd tijdens de algemene ledenvergadering van VMNED.
Rijksdienst Digitale Infrastructuur neemt haar rol als toezichthouder ten volle op als blijkt dat de uitwisseling van afgekeurde meters niet of onvoldoende invulling krijgt. In die gevallen worden de individuele meterbeheerders benaderd en op het tekortschieten aangesproken.